Warm, lauw of helemaal niet saneren onder de stoppersregeling?

Niet alle varkenshouders die deelnemen aan de stoppersregeling zijn zonder meer van plan om te stoppen met het houden van varkens. Ze bezinnen zich toch nog op mogelijkheden om door te gaan met de varkenshouderij. In de branche denkt men dat er enige haast geboden is en dat de varkenshouders er rekening mee moeten houden dat gemeenten vanaf 2020 handhavend gaan optreden. Dan hebben deelnemers aan de stoppersregeling immers 7 jaar de tijd gehad om hun zaken te regelen, zo is de redenering van gemeenten. Ook wij adviseren u tijdig aandacht te besteden aan uw wensen voor de toekomst en hierover op kortere termijn een goed besluit te treffen.

Bijna de helft van de varkenshouders is voorstander van een krimp van de varkensstapel. Eén derde van de varkenshouders heeft belangstelling heeft voor de warme saneringsregeling waarvoor de overheid 120 miljoen euro beschikbaar stelt. Bedrijven zonder perspectief kunnen hierdoor versneld stoppen.

Voorlopig voortzetten

Vooral in het oosten van Nederland zijn er veel deelnemers aan de stoppersregeling met een gemengd bedrijf. Vaak is dat een melkveehouderij in combinatie met een varkenshouderijtak. Veel van deze ondernemers waren van plan om met varkens te stoppen en wat te groeien met de melkveehouderij. De introductie van fosfaatrechten heeft die plannen in een ander daglicht geplaatst. Investeren in fosfaatrechten is vaak moeilijk. Tegelijkertijd zien ondernemers dat het saldo van de varkenshouderijtak gemiddeld best redelijk is en dat stimuleert hen om te bekijken wat de mogelijkheden zijn om met beperkte investeringen voorlopig toch door te gaan met de varkenshouderij. Of er mogelijkheden zijn om stallen met relatief beperkte investeringen aan de emissie-eisen te laten voldoen, verschilt per bedrijf.

Helft varkenshouders voor krimp varkensstapel

Bijna de helft van de varkenshouders is voorstander van een krimp van de varkensstapel. In gebieden waar burgers overlast ervaren, is zelfs 80 procent van de boeren voor krimp. Dat blijkt uit een onderzoek van het LTO-ledenblad Nieuwe Oogst, waaraan 386 varkenshouders deelnamen. Het onderzoek is gehouden om de mening van boeren te peilen over het hoofdlijnenakkoord warme sanering varkenshouderij. Het belangrijkste argument is de kans op een betere positie voor de blijvers. Minder varkens in belaste gebieden, betekent minder overlast. Minder overlast is voor veel varkenshouders een synoniem voor een beter imago.

Versneld stoppen met subsidie

Eén derde van de varkenshouders heeft belangstelling heeft voor de warme saneringsregeling waarvoor de overheid 120 miljoen euro beschikbaar stelt. Bedrijven zonder perspectief kunnen hierdoor versneld stoppen. Kleine bedrijven met minder dan 150 zeugen en bedrijven met 500 tot 1.500 vleesvarkensplaatsen hebben de meeste animo voor de regeling, meldt Nieuwe Oogst. Locaties waar varkenshouderij mogelijk is, moeten voor de sector behouden blijven.

Voor de warme sanering van de varkenssector werd in eerste instantie 200 miljoen euro beloofd. Er gaat nu 120 miljoen euro naar de sanering en 40 miljoen komt beschikbaar voor innovaties die tot duurzame varkensbedrijven moeten leiden. Dat is dus 160 miljoen euro voor de varkenssector.

De subsidieregeling richt zich op varkensbedrijven in de concentratiegebieden Zuid en Oost van de Meststoffenwet. Ondernemers met meerdere varkenshouderijlocaties kunnen voor een afzonderlijke locatie subsidie aanvragen.

Deelname aan deze regeling is vrijwillig. Dit zijn de voorwaarden waar je als varkenshouder aan moet voldoen:

  • De productie op de varkenshouderijlocatie moet definitief stoppen.
  • De milieuvergunning en varkensrechten moeten worden ingeleverd.
  • De stallen moeten worden gesloopt (waaronder mestkelders en/of -opslagen).
  • Je moet voldoen aan het Besluit Emissiearme huisvesting. Dit betekent dat varkenshouders die deelnemen aan het Actieplan ammoniak, uitgesloten zijn van deelname.

Hierbij is het momenteel niet duidelijk wat er gebeurt met het fosfaatplafond van de varkenssector. Dat is momenteel 39,7 miljoen kilo fosfaat.

Voorrang voor overlastsituaties

Het is de bedoeling dat de 120 miljoen ook daadwerkelijk wordt ingezet om overlastsituaties aan te pakken. Dat moet volgens de ketenpartijen nog wel worden gekwantificeerd, zodat de bedrijven die de grootste overlast veroorzaken voor de omgeving ook als eerste in aanmerking komen voor deze regeling. Om de leefomgeving daadwerkelijk te verbeteren, zijn flankerende maatregelen noodzakelijk. Dat betekent het beschikbaar stellen van middelen voor het slopen van stallen.

Invulling regeling

De nadere invulling van de warme sanering gaat de komende tijd plaatsvinden. Het Hoofdlijnenakkoord meldt dat er eenduidige selectiecriteria voor de sanering en beëindiging moeten komen. Wij houden u op de hoogte.

Goede en tijdige communicatie een must

Of de warme sanering lukt hangt volgens Minister Schouten niet enkel af van de hoogte van de subsidie, maar ook van welk flankerend beleid wordt geboden. Impliciet roept ze varkenshouders met een stopperswens op om dit zo vroeg mogelijk kenbaar te maken aan hun gemeente. Denk daarbij bijvoorbeeld ook aan de vraag welke nieuwe bestemming de productielocatie kan krijgen, de regelingen die de provincie aanbiedt voor vrijkomende agrarische bebouwing en voor asbestsanering in combinatie met sloop.

De Minister vindt het belangrijk dat varkenshouders die overwegen hun bedrijf te beëindigen of een locatie te sluiten, goed door de gemeente en provincie worden geïnformeerd over de mogelijkheden en worden begeleid bij hun besluitvorming.

Ook gezien het beperkte budget, de animo, het beslissingsproces, de organisatie en communicatie rondom de stoppersregeling, verdient het de aanbeveling dit tijdig mede te delen bij uw gemeente, als u gebruik wilt maken van de subsidieregeling.

Verdeling

Momenteel komt het eerste deel van de 120 miljoen euro beschikbaar. Varkensbedrijven in de concentratiegebieden Oost en Zuid kunnen gaan inschrijven voor de eerste tranche van de regeling.

In het tweede kwartaal van 2020 zal inschrijven voor de tweede tranche van de opkoopregeling mogelijk zijn. De definitieve verdeling van de Rijksmiddelen voor de sanerings- en beëindigingsregeling zal plaatsvinden op basis van een evaluatie van de resultaten, effectiviteit en het doelbereik van de eerste tranche van de regeling.

Maak uw bewuste keuze

Of u nu warm, lauw of helemaal niet wilt saneren, is een zeer persoonlijke keuze. Vaak is het daardoor ook een moeilijke keuze. Laat u daarbij leiden door uw innerlijke passie, wensen voor de toekomst, aangevuld met een onafhankelijke en rationele beoordeling van de cijfers. Neem een goede Coach en Adviseur in de arm en creëer de oplossing die het beste bij u past en optimaal bijdraagt aan uw geluk en succes. Onze Adviseurs en Coaches staan gemotiveerd voor u klaar. Neem vrijblijvend contact op voor meer informatie. Bel 088 – 505 55 05 of stuur een mailtje naar info@agribusiness.nl

Door: Bianca Coenen B Ec B Com – Agrarisch CoPartner, AgriBusiness

Bronnen: Fiscount; DLV Advies, AgriBusiness, Ministerie van LNV, LTO, ZLTO, Varkens.nl, Infomil